Rechtmatigheid
In deze paragraaf zijn opgenomen:
- Financiële rechtmatigheid;
- Niet-financiële rechtmatigheid;
- Financiële onzekerheden sociaal domein.
De financiële onzekerheden binnen het sociaal domein hebben echter betrekking op getrouwheid en vallen daarom niet onder de rechtmatigheidsverantwoording.
Meer informatie
Inzicht
Per 1 januari 2023 is de Wet versterking decentrale rekenkamers (Wvdr) in werking getreden. Met deze wetswijziging is onder andere de verplichting ingevoerd voor het college van Burgemeester & Wethouders (hierna: college) om een rechtmatigheidsverantwoording op te stellen als onderdeel van de jaarrekening. Het college legt in de jaarrekening zelf verantwoording af over de mate waarin zij in het boekjaar rechtmatig heeft gehandeld. Het college gebruikt hiervoor de voorgeschreven teksten van de Commissie BBV zoals opgenomen in bijlage 1 van de kadernota Rechtmatigheid 2023.
In deze paragraaf Bedrijfsvoering is op basis van de kadernota Rechtmatigheid 2023 van de commissie BBV en op basis van de afspraken van het college met de gemeenteraad aanvullende informatie opgenomen over de financiële rechtmatigheid. In deze paragraaf heeft het college ook beschreven welke acties het heeft ondernomen en/of gaat ondernemen om de vermelde afwijkingen in de toekomst op te lossen of te voorkomen.
In de notitie 'paragraaf Bedrijfsvoering augustus 2021' van de commissie BBV zijn stellige uitspraken (verplicht karakter) en aanbevelingen opgenomen waarover ingaande het boekjaar 2022 dient te worden gerapporteerd in de paragraaf Bedrijfsvoering.
In de financiële verordening is vastgelegd dat de verantwoordingsgrens voor het college over rechtmatigheidsfouten en onduidelijkheden 1% van de totale lasten bedraagt en een rapportagegrens van €200.000 wordt gehanteerd.
Rechtmatigheid gaat over het handelen in overeenstemming met de geldende regels en besluiten. We gebruiken daarbij de drie criteria voor rechtmatigheid: het voorwaarden criterium, het begrotingscriterium en het criterium voor misbruik en oneigenlijk gebruik. Toepassing van deze criteria betekent dat inzicht wordt gegeven in afwijkingen van de lasten en de baten ten opzichte van door uw raad goedgekeurde budgetten, inzicht in afwijkingen van de toepassing van wet- en regelgeving (met financiële consequenties) en of financiële afwijkingen die het gevolg zijn van misbruik of oneigenlijk gebruik. In deze paragraaf rapporteert het college over afwijkingen en fouten (boven de rapportagegrens van €200.000) op basis van deze criteria.
In 2021 zijn wij op eigen initiatief gestart met de rechtmatigheidsverantwoording in de jaarrekeningen. Vanaf 2024 (jaarrekening 2023) is dit een wettelijke verplichting. Het college legt zelf verantwoording af over de mate waarin zij rechtmatig heeft gehandeld. Deze controle op de rechtmatigheid verschuift hiermee van de accountant naar het college.
Om onrechtmatigheden te beheersen en controleren maken wij gebruik van het controlframework van eerste-, tweede- en derdelijns controle. Fouten worden zoveel mogelijk voorkomen in de eerste lijn, collega's toetsen voorstellen voordat een besluit wordt genomen. De tweede lijn controleert dossiers achteraf met een steekproef en de derde lijn kijkt of dit systeem goed is ingericht. Hiermee onderzoekt en verbetert de organisatie continu de rechtmatigheid van ons handelen.
Een belangrijke rol is weggelegd voor het Audit team (Finance en Control) dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van de verbijzonderde interne controles. Dit team stelt jaarlijks een controleplan op waarin staat beschreven op welke wijze de belangrijkste stromen/processen en eventuele speerpunten op het gebied van rechtmatigheid worden gecontroleerd. Minimaal twee keer per jaar brengt het team een rapportage uit over de uitkomsten van de uitgevoerde verbijzonderde controles. Deze rapportages vormen een belangrijke basis voor de rechtmatigheidsverantwoording van het College.
Normenkader
Rechtmatig is 'in overeenstemming met de begroting en met de van toepassing zijnde wettelijke regelingen, waaronder gemeentelijke verordeningen'.
De relevante wet- en regelgeving is opgenomen in het normenkader dat jaarlijks door de gemeenteraad wordt vastgesteld. In de financiële verordening is vastgelegd dat de verantwoordingsgrens over rechtmatigheidsfouten en onduidelijkheden 1% van de totale lasten bedraagt en een rapportagegrens van €200.000 wordt gehanteerd.
Goedkeuringstolerantie
De raad heeft het actuele normenkader op 25 januari 2023 vastgesteld. Baker Tilly Accountants heeft opdracht een goedkeuringstolerantie van 1% op de totale lasten aan te houden bij het bepalen van het uiteindelijke oordeel. Dit gebeurt volgens de Controleverordening (art. 213 GW). Op basis van de aangeleverde cijfers is de goedkeuringstolerantie in 2023 1% van de totale lasten (inclusief reserves). Dat is afgerond €4,9 miljoen. De tolerantie voor onzekerheden bedraagt in 2023 afgerond €14,7 miljoen.
Het normenkader - een basis kader voor de accountantscontrole - bevat de relevante wet- en regelgeving van hogere overheden en van de gemeente zelf, voor zover deze informatie bevatten over financiële beheershandelingen. Collegebesluiten worden alleen betrokken bij de rechtmatigheidstoets voor zover ze een noodzakelijke uitwerking zijn van rijksregelgeving of gemeentelijke regelgeving en betrekking hebben op financiële beheersmaatregelen.
Rapporteringstolerantie
Naast de goedkeuringstoleranties wordt de rapporteringstolerantie onderkend. Op basis van de aangeleverde cijfers is de te verwachten rapportagetolerantie in 2023 €490.000 inclusief toevoeging aan reserves; dit is dus 10% van de goedkeuringstolerantie.
Rechmatigheidsverantwoording | Tolerantie | Rapporteringsgrens | ||
---|---|---|---|---|
Onrechtmatigheidsfouten | <=1% | >200.000 | ||
Onduidelijkheden | <=1% | >200.000 | ||
Accountantscontrole | Goedkeurend | Beperking | Oordeelonthouding | Afkeurend |
Fouten in de jaarrekening | <=1% | >1%-<3% | - | >=3% |
Onzekerheden in de controle | <=3% | >3%-<10% | >=10% | - |
De rechtmatigheidscontroles zijn uitgevoerd aan de hand van drie criteria:
- Voorwaardencriterium; zijn baten, lasten en balansmutaties volgens geldende wet- en regelgeving tot stand gekomen?
- Begrotingscriterium: zijn de financiële beheersmaatregelen tot stand gekomen binnen de grenzen van de geautoriseerde begroting en hiermee samenhangende programma’s?
- Misbruik en oneigenlijk gebruik: zijn er maatregelen getroffen om te voorkomen dat derden misbruik of oneigenlijk gebruik maken van overheidsgelden?
Over het boekjaar 2023 vindt een toets plaats op het voorwaardencriterium. Daarbij wordt gekeken naar de hoogte, duur en recht van financiële beheersmaatregelen. Naast de begroting en wettelijke regelingen is ook het eigen beleid op het gebied van misbruik en oneigenlijk gebruik onderdeel van de rechtmatigheidsverantwoording. In november 2023 is het M&O-beleid vastgesteld. Daarin is opgenomen dat in de tussentijdse rapportage na het zomerreces over de voortgang in de uitvoering van het beleid wordt gerapporteerd. In de jaarrekening wordt verantwoordingsinformatie opgenomen.
Opzet en werking
Organisatie controlefunctie
De gemeente Deventer vindt een sterke controlefunctie van groot belang. Onder deze controlefunctie valt:
- optimaliseren van het zelf controlerend vermogen;
- beheersing van de risico’s;
- gedegen evaluaties van de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het gemeentelijk beleid (ex. Artikel 213a Gemeentewet);
- toepassen van audits.
Belangrijke aspecten bij de organisatie van de controlefunctie zijn
- opzetten van heldere kaders (doelstellingen en randvoorwaarden);
- heldere (tussentijdse) informatievoorzieningen;
- een goed opgezette en beschreven administratieve organisatie;
- goed verankerde (verbijzonderde) interne controle van processen waarbij wordt vastgesteld dat:
- er in de opzet sprake is van een goede Administratieve Organisatie/Interne Beheersing;
- de processen worden uitgevoerd volgens de beschreven opzet;
- de interne controlemaatregelen worden uitgevoerd volgens de gestelde kwaliteitseisen.
- management control en het voeren van de gesprekken hierover;
- het toepassen van risicomanagement.
Interne controles en onderzoeken
De artikelen 212 en 213a uit de Gemeentewet bepalen dat het college jaarlijks diverse interne controles en onderzoeken uitvoert om te bepalen of beleidsuitvoering door de ambtelijke organisatie binnen de gestelde kaders plaatsvindt.
De uit te voeren controles en onderzoeken zijn opgenomen in het auditplan 2023 en hebben onder andere betrekking op fiscale audits, getrouwheidscontroles, standaard controles op primaire processen en specifieke onderzoeken. De gemeente kent een aantal primaire processen (o.a. inkopen) met een forse materiële omvang waarbij het van belang is dat deze periodiek worden getoetst 'buiten het proces'; het zijn zogenaamde verbijzonderde interne controles (VIC’s). Deze standaard verbijzonderde controles worden vanaf de tweede helft 2018 door een externe partij uitgevoerd. Ingaande het boekjaar 2022 wordt het verbijzonderde interne controleprogramma uitgevoerd door Baker Tilly Business Advisory. De gemeente is eindverantwoordelijk voor de planning, uitvoering, kwaliteit en deugdelijke onderbouwing van de eindresultaten.
In 2023 is er een actueel intern controleplan opgesteld waarin een koppeling is gemaakt met het normenkader en de risicoanalyse. Om de verbijzonderde interne controlewerkzaamheden zo goed mogelijk aan te sluiten op de (externe) accountantscontrole is er dit jaar - evenals in 2022 - ook voor gekozen om bij de uitvoering van de verbijzonderde interne controle zowel de getrouwheid als de rechtmatigheid in de scope te nemen. Dit is ook logisch, omdat er een grote overlap is tussen rechtmatigheid en getrouwheid.
Conclusie
De gemeente beschikt over een gedegen (verbijzonderde) interne controle. Dit geeft de accountant voldoende inzicht voor een oordeel over de getrouwheid en rechtmatigheid.
De (verbijzonderde) interne controles richten zich op de administratieve organisatie en interne controle. De toepassing van deze essentiële beheersmaatregelen wordt daarmee gecheckt. Waar nodig leidt de evaluatie tot aanpassingen in de bedrijfsvoering. Met deze stappen is de uitvoering van de (verbijzonderde) interne controles van voldoende niveau.
Bevindingen financiële rechtmatigheidscontroles
Hieronder treft u informatie over de (verbijzonderde) interne controles die door de gemeente zijn uitgevoerd.
Voorwaardencriterium
Uit het overgrote deel van de (verbijzonderde) interne controles blijkt dat de gemeente heeft gehandeld binnen de geldende kaders en richtlijnen van het voorwaardencriterium. Er is getoetst op financiële fouten en onzekerheden met betrekking tot de aspecten recht, hoogte, duur.
Hieronder volgt een toelichting op de financiële fouten in 2023.
Baker Tilly Business Advisory heeft met betrekking tot de uit te voeren standaard controles (VIC’s) 2023 de volgende primaire processen getoetst.
- inkopen goederen en diensten;
- rechtmatigheid Europese aanbestedingen;
- investeringen MVA (materiële vaste activa);
- participatiewet/ IOAW/ IOAZ/ BBZ/ LKS;
- subsidieverstrekkingen en bijdragen derden;
- subsidievaststellingen;
- overige opbrengsten;
- mutaties grondexploitatie;
- Sociaal Domein: Wmo, Jeugd en Beschermd Wonen.
Baker Tilly Business Advisory heeft een IT-audit uitgevoerd; gericht op de general IT-controls en op cybersecurity.
Uit de door Baker Tilly Business Advisory Public uitgevoerde standaard controles en eigen controles vloeiden de volgende financiële onrechtmatigheden voort.
VIC: Europese aanbestedingen
Rechtmatigheid van de aanbestedingen van inkopen respectievelijk inhuur. Er is getoetst aan de Aanbestedingswet. Onderstaand de bevindingen:
Inkoop
- De historische onrechtmatige post PinkRoccade per 31 december 2023 is gecontroleerd. Zoals eerder gememoreerd hangt deze samen met opdrachtverleningen van vóór de periode 2012-2013. Deze kent nog een onrechtmatigheid over geheel 2023 van totaal €145.188 (excl. btw).
- In 2023 is er voor een totaalbedrag van €1.248.098 uitgegeven aan Aon Artscope Nederland. De uitgaven hebben allemaal betrekking op diverse soorten verzekeringen. De aansprakelijkheidsverzekeringen zijn niet Europees aanbesteed; gezien de omvang en de markt had dit gemoeten. Per saldo een financiële onrechtmatigheid van afgerond €346.134.
VIC: Inhuur
Expliciet is getoetst of de externe inhuur financieel rechtmatig is uitgevoerd in 2023. De inhuurlasten over het jaar 2023 bedragen in totaal afgerond
€15.276.000. Per saldo is hiervan afgerond €731.000 onrechtmatig. Dit heeft betrekking op een zestal inhuurdossiers die de Europese aanbestedingsdrempel (2023: €215.000) hebben overschreden.
De achtergrond van deze onrechtmatigheid hangt samen met het feit dat deze 6 meerjarige inhuren (vanaf boekjaar 2020 zijn verlengd waarbij volgens de regelgeving eerst vooraf een Europese aanbesteding had moeten plaatsvinden of een inhuuropdracht via de inhuurdesk had moeten verlopen. Dit is dus verzuimd. Door meerwerk respectievelijk aanvullende opdrachten zijn de betreffende inhuurkrachten langer ingehuurd (ook in 2021 en 2022). En zo is het Europese grensbedrag overschreden.
Ondernomen actie om de onrechtmatigheid inhuur in de toekomst te voorkomen.
Binnen de gemeente Deventer zijn in de afgelopen jaren verschillende maatregelen genomen en instrumenten geïmplementeerd om de fiscale risico’s (de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA) en de risico’s vanuit de aanbestedingsregels te mitigeren. Dit zijn onder andere:
- het samenstellen van de kadernota Inhuur;
- de periodieke monitoring van de inhuurlasten;
- het controleren van inhuur die niet via de inhuurdesk is verlopen;
- het inschakelen van de inhuurdesk bij inhuur behoeften;
- het gebruik van door de Belastingdienst goedgekeurde modelovereenkomsten;
- het periodiek, via bijvoorbeeld een steekproef, toetsen of de inhuur van een medewerker fiscaal juridisch juist is aangegaan en gedurende de inschakeling niet alsnog een dienstbetrekking is ontstaan.
Gezien de krapte op de arbeidsmarkt en het rechtmatig, doelmatig/doeltreffend kunnen inzetten van inhuurkrachten wordt in 2024 nader geïnventariseerd welke aanvullende en alternatieve oplossingen voorhanden zijn waarmee binnen de kaders van bestaande wet- en regelgeving externe inhuur mogelijk is.
De totale financiële onrechtmatigheid over het dienstjaar 2023 bedraagt dus in totaal afgerond €1.1.76.000 (excl. btw). In 2022 was dit €1.295.586 (excl. btw).
VIC: Sociaal domein Jeugdzorg
Binnen het sociaal domein Jeugd heeft er een integraal herstelonderzoek plaatsgevonden. Dit betekent dat de in 2023 betaalde jeugdzorg groot €31,44 miljoen in totaal is gecontroleerd aan de hand van drie populaties. Deze controle is noodzakelijk geweest gezien de verbijzonderde interne controle bevindingen 2022. De administratieve organisatie en interne beheersing rondom het proces Jeugdzorg is in 2023 versterkt en is vanaf de tweede helft 2023 op het gewenste noodzakelijke niveau. Concluderend wordt over 2023 €290.112 aan jeugdzorglasten als financieel onduidelijk aangemerkt. Ter verduidelijking wordt vermeld dat dit bedrag niet geëxtrapoleerd hoeft te worden, aangezien al een integraal herstelonderzoek heeft plaatsgevonden.
De totale financiële onzekerheid over het dienstjaar 2023 bedraagt vanuit de verbijzonderde controle in totaal €290.112.
Financiële onzekerheden binnen het sociaal domein hebben betrekking op de getrouwheid en vallen daarom niet onder de rechtmatigheidsverantwoording.
Onderstaand hebben we de financiële onzekerheden binnen het sociaal domein inzichtelijk gemaakt omdat het hierbij gaat om materiële bedragen. Deze financiële onzekerheden vallen niet onder de rechtmatigheidsverantwoording van het college van Burgemeester & Wethouders omdat deze financiële onzekerheden betrekking hebben op de getrouwheid van de jaarverslaglegging 2023. In de rechtmatigheidsverantwoording legt het college van B&W verantwoording af omtrent het begrotingscriterium, voorwaardencriterium en misbruik & oneigenlijk gebruik criterium. De accountant stelt de getrouwheid van de jaarrekening vast inclusief de rechtmatigheidsverantwoording.
In de afgelopen periode zijn de verantwoordingen en bijbehorende controlerapportages ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank (SVB), Bedrijfsorganisatie (BVO) Jeugdzorg IJsselland (RSJ IJsselland) en de zorgaanbieders WMO, Jeugd en Beschermd wonen. De gemeentelijke accountant weegt de uitkomsten hiervan mee in zijn oordeel over de rechtmatige bestedingen in de gemeentelijke jaarrekening.
Binnen het sociaal domein wordt bij de verantwoording in de jaarrekening gesteund op de controleverklaringen van de zorgaanbieders. Dit leidt tot een onzekerheid in de zorg in natura van in totaal €3.662.000 als gevolg van het ontbreken van toereikende onderbouwingen van de zorgaanbieders.
De specificatie is als volgt:
Sociaal Domein | bedrag (x€1) | |
1. | WMO | 2.331.000 |
---|---|---|
2. | Jeugdzorg | 1.214.000 |
3. | Beschermd wonen | 117.000 |
Totaal | 3.662.000 |
De PGB-bestedingen zijn (verplicht) belegd bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB). De accountant van de SVB heeft een controleverklaring met beperking bij de PGB-verantwoordingen 2023 verstrekt. De PGB-bestedingen in 2023 bedragen €2.152.000 en worden - vanwege het ontbreken van een goedkeurende controleverklaring bij de verantwoording van de SVB - als onzeker aangemerkt.
Eigen bijdragen CAK.
De gemeente Deventer heeft onvoldoende zekerheid over de volledigheid van de eigen bijdragen WMO van €817.000 en Beschermd wonen €313.000. Voor een nadere toelichting over deze post wordt kortheidshalve verwezen naar de jaarrekening; onderdeel 'Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling'.
De totale financiële onzekerheid bedraagt hiermee binnen het sociaal domein in totaal €5.814.000. Dit is exclusief eigen bijdragen CAK. Deze totale onzekerheid valt binnen de goedkeuringstolerantie voor onzekerheden van €14,9 miljoen en heeft daarom geen invloed op de strekking van de controleverklaring bij de jaarrekening 2023.
De bevindingen van de controles, onderzoeken en audits worden periodiek gerapporteerd aan college en raad.
Verantwoording SiSa, IMG
Op basis van de uitgevoerde controlewerkzaamheden blijkt dat op de aangeleverde bijlagen SiSa het totaal financieel verantwoorde bedrag
van €71,8 miljoen juist en rechtmatig is.
Misbruik en oneigenlijk gebruik criterium
Het M&O-beleid heeft tot doel het voorkomen en bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik van overheidsgelden. Daarmee bestaat het zowel uit preventief beleid als repressief beleid. Bij M&O-beleid is met name van belang om vast te stellen dat in de bedrijfsvoering effectieve maatregelen zijn getroffen om misbruik te voorkomen dan wel tijdig op te sporen, en daarnaast dat de wet- en regelgeving duidelijk en te handhaven is.
Onderdeel van die rechtmatigheidsverantwoording is in hoeverre misbruik en oneigenlijk gebruik (M&O) van gemeentelijke regelingen door derden wordt voorkomen en bestreden. Het gaat dan bijvoorbeeld om het verstrekken van subsidies, uitkeringen en voorzieningen en ook om het innen van belastingen.
Voorop staat het vertrouwen van de gemeente in een goed gebruik van gemeentelijke regelingen door inwoners en bedrijven/instellingen van Deventer. Maatregelen die worden getroffen om misbruik en oneigenlijk gebruik te voorkomen en tijdig te ontdekken, en zo nodig te sanctioneren, wanneer het wel voorkomt moeten proportioneel zijn.
Het onderzoek follow-up kwetsbare functies alsook het onderzoek fraude-risico analyse wordt sinds het jaar 2020 jaarlijks uitgevoerd. Het onderzoek kwetsbare functies kent twee invalshoeken: integriteit en continuïteit. De kwetsbaarheden zijn per team in beeld gebracht aan de hand van een heat map (kans versus impact: geclassificeerd naar laag, midden en hoog); er wordt ook een weerbaarheidsplan per team opgesteld.
Het onderzoek fraude-risico analyse besteed aandacht aan de risico’s uit hoofde van fraude, misbruik en oneigenlijk gebruik (M&O), niet-integer gedrag, corruptie en ondermijning. Ook deze fraude-risico’s zijn in beeld aan de hand van een heat map; de heat maps per team alsook een risico-paragraaf per team.
In het eerste kwartaal 2024 is opgeleverd de eindrapportage 'frauderisico-analyse en onderzoek kwetsbare functies' over 2023. Op 20 maart 2024 is in de directie dit eindrapport (onder andere de bevindingen en aanbevelingen) nader besproken. In het vierde kwartaal 2024 zal worden gestart met het follow up onderzoek 'frauderisico-analyse en onderzoek kwetsbare functies'.
Fraude en integriteit
Ingaande 2021 adviseert de commissie BBV om geconstateerde fraude(s) vanuit de eigen organisatie door bijvoorbeeld eigen medewerkers toe te lichten in de paragraaf Bedrijfsvoering. De gemeente en de accountant hebben bepaalde en onderscheiden verantwoordelijkheden met betrekking tot fraude in het kader van de controle van de jaarrekening. Dit type fraudes omvat opzettelijke handelingen door een of meerdere personen binnen de gemeentelijke organisatie, waarbij gebruik wordt gemaakt van opzettelijke misleiding om een onrechtmatig of onwettig voordeel te behalen.
De vertrouwenspersoon Integriteit en ongewenste omgangsvormen stelt jaarlijks een jaarverslag op. Rondom fraude en integriteit binnen de gemeentelijke organisatie met betrekking tot het boekjaar 2023 wordt kortheidshalve verwezen naar het jaarverslag 2023 van de vertrouwenspersoon.
De gemeentelijke organisatie moet weerbaar zijn tegen integriteitsrisico’s, continuïteitsrisico’s, fraude risico’s, risico’s op het gebied van misbruik en oneigenlijk gebruik en ondermijning. Hiervoor heeft de gemeente Deventer verschillende organisatorische waarborgen getroffen. Deze waarborgen zijn onder te verdelen in verschillende categorieën en aandachtsvelden. Hierdoor:
- is er actueel zicht en grip op de kwetsbare werkprocessen en kwetsbare functies;
- zijn er bepaalde functies verankerd in de processen en is er een structuur binnen het team/ de organisatie waarin signalen van integriteit, continuïteit, fraude, misbruik- en oneigenlijk gebruik en ondermijning gemeld worden en opgepakt;
- zijn er diverse beheersmaatregelen getroffen: de zogenaamde hard- en soft-controls;
- worden medewerkers gedegen ondersteund, getraind en geïnformeerd over de mogelijke risico’s rondom integriteit, continuïteit, fraude, misbruik en oneigenlijk gebruik alsook ondermijning in hun werk.
Begrotingscriterium
Bij de rechtmatigheidscontrole is het begrotingscriterium een belangrijk toetsingscriterium. Met de controle van de juiste toepassing van het begrotingscriterium toetsen we of het budgetrecht van de gemeenteraad is gerespecteerd. De toe te passen normen voor het begrotingscriterium zijn op hoofdlijnen door de wetgever bepaald (artikel 189, 190 en 191 van de Gemeentewet) en worden door de gemeenteraad zelf nader ingevuld en geconcretiseerd. Dit gebeurt door middel van de begroting en via de verordening op het financieel beheer (ex artikel 212 van de Gemeentewet).
De raad heeft budgetrecht en besluit op programmaniveau over de begroting. Afwijkingen van de begroting (onder- en overschrijdingen) vragen om autorisatie door de gemeenteraad. In de regel legt het college deze wijzigingen vooraf aan de raad voor en vraagt daarmee toestemming om het betreffende beleid uit te voeren en het benodigde bedrag te besteden. Alleen wanneer door omstandigheden een autorisatie vooraf niet mogelijk is, legt het college een begrotingswijziging achteraf aan de raad voor. Als de raad hiermee instemt, wordt de besteding alsnog geautoriseerd en is deze rechtmatig. Begrotingswijzigingen moeten volgens de Gemeentewet tijdens het jaar zelf nog aan de gemeenteraad worden voorgelegd. Over het algemeen worden begrotingsoverschrijdingen die passen binnen de beleidskaders van de raad niet meegenomen in het accountantsoordeel. In de volgende tabel wordt het onderscheid tussen rechtmatig en onrechtmatig, en tussen acceptabel en niet acceptabel uiteengezet.
Categorie | Bij de toetsing van begrotingsafwijkingen kunnen tenminste de volgende 'soorten' begrotingsafwijkingen worden onderkend: | Rechtmatig | Onrechtmatig maar acceptabel (maar wordt niet toegelicht in de paragraaf Bedrijfsvoering) | Onrechtmatig en niet acceptabel (wordt toegelicht in de paragraaf Bedrijfsvoering) |
---|---|---|---|---|
Overschrijdingen lasten | Budgetoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar die ten onrechte niet tijdig zijn geautoriseerd. Bijvoorbeeld: de verwachte kostenoverschrijding op jaarbasis was via tussentijdse informatie al wel bekend, maar men heeft geen voorstel tot begrotingsaanpassing ingediend en dit is in strijd met de budgetregels zoals afgesproken met de raad. | X | ||
Budgetoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten, bijvoorbeeld via subsidies of kostendekkende omzet. | X | |||
Budgetoverschrijdingen bij open einde (subsidie)regelingen. Vaak blijkt vanwege dit open karakter in het kader van het opmaken van de jaarrekening een (niet eerder geconstateerde) overschrijding. | X | |||
Budgetoverschrijdingen die worden gecompenseerd door extra inkomsten die niet direct gerelateerd zijn. Over de aanwending van deze extra inkomsten heeft de raad nog geen besluit genomen. | X | |||
Budgetoverschrijdingen betreffende activiteiten die achteraf als onrechtmatig moeten worden beschouwd omdat dit bijvoorbeeld bij nader onderzoek van de subsidieverstrekker, Belastingdienst of een toezichthouder blijkt (bijvoorbeeld een belastingnaheffing). | ||||
- geconstateerd tijdens verantwoordingsjaar | X | |||
- geconstateerd na verantwoordingsjaar | X | |||
Budgetoverschrijdingen op activeerbare activiteiten (investeringen of totaal geautoriseerd budget) waarvan de gevolgen voornamelijk zichtbaar worden via hogere afschrijvings- en financieringslasten in het jaar zelf of pas in de volgende jaren. | ||||
- jaar van investeren | X | |||
- afschrijvings- en financieringslasten in latere jaren | X | |||
Onderschrijding van baten en lasten en overschrijding van baten | Onderschrijding van baten en lasten, en overschrijding van baten zijn onrechtmatig als de raad niet is / wordt geïnformeerd (melding en toelichting) in de tussentijdse rapportages 2023 q1 t/m q4 of in de nog op te leveren jaarrekening 2023. | |||
- gemeld en toegelicht | X | |||
- niet gemeld | X |
Overschrijding lasten programma’s
Bij dit onderdeel moet per programma de rechtmatigheid van een hogere last in de rekening vergeleken met de begroting worden toegelicht.
In de programma's Burger en bestuur, Openbare orde en veiligheid en Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt speelt dit. Deze budgetoverschrijdingen worden geheel of grotendeels gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten. Deze overschrijdingen zijn onrechtmatig maar acceptabel en tellen niet mee in het oordeel van het college voor de rechtmatigheidsverantwoording.
(bedragen x €1.000) | |||
Programmanaam | Begroting 2023 | Rekening 2023 | Verschil |
---|---|---|---|
Burger en bestuur | 10.730 | 10.861 | 131 |
Openbare orde en veiligheid | 13.688 | 13.913 | 225 |
Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | 94.419 | 96.076 | 1.657 |
Toelichting Burger en bestuur
De collegekosten voor representatie, wachtgelden en lidmaatschappen zijn €131.000 hoger dan gemeld in de 3e kwartaalrapportage 2023. Dit bedrag blijft onder de rapportagegrens van €200.000.
Toelichting programma Openbare orde en veiligheid
De overschrijding op het taakveld Openbare orde en veiligheid wordt met name veroorzaakt door een hogere doorbelasting personeelskosten Toezicht en Handhaving van €225.000. Hier staat een hogere inkomst tegenover.
Toelichting programma Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt
Het nadeel is te verklaren door de in 2023 al betaalde energiekosten ten behoeve van de energietoeslag 2023. De middelen daarvoor zijn in de decembercirculaire 2023 (€5.437.000) beschikbaar gesteld. Het tekort van €1.831.002 wordt gedekt uit deze middelen. De middelen van de decembercirculaire zijn verantwoord op het programma Algemene dekkingsmiddelen.
Reserves
Bij dit onderdeel moet de rechtmatigheid worden toegelicht van hogere puttingen en hogere stortingen uit/in reserves (> €200.000) dan begroot. Als dit voorkomt bij egaliserende reserves zijn deze gezien het doel van de reserve altijd rechtmatig. Zowel voor de reserves als egaliserende reserves zijn er geen onrechtmatigheden aangetroffen.
Investeringen/Kredieten
Bij de investeringsprojecten worden overschrijdingen meegenomen die niet passen binnen het totaal gevoteerde investeringsbedrag. De tunnel Oostriklaan is met €695.029 lasten overschreden. Hier staat een hogere inkomst €701.871 tegenover van Prorail.
Niet financiële onrechtmatigheid
Bij het aangaan van leningen en het uitzetten van middelen moeten gemeenten zich houden aan de Wet Financiering decentrale overheden (Wet Fido). De belangrijkste doelstellingen van deze wetgeving zijn het zorgen voor een efficiënte financiering en een adequate risicobeheersing ten aanzien van de treasury activiteiten. Voor het boekjaar 2023 is voldaan aan de bepalingen uit deze wet en daarmee geen sprake van niet-financiële onrechtmatigheden. Er is voldaan aan de volgende normen:
- de kasgeldlimieten;
- de rente-risiconorm;
- de normen rondom schatkistbankieren.
Verantwoording door het college
De financiële beheersmaatregelen die in deze jaarrekening worden beschreven vallen binnen de financiële rechtmatigheidskaders van de raad en hogere overheden.
Vooruitblik
De gedane verbeteracties en aanbevelingen van de accountant ten behoeve van de interne (financiële) beheersing en de verdere doorontwikkeling van de verbijzonderde interne controle zullen voortvarend worden opgepakt door de organisatie.
Leren en ontwikkelen
In 2023 is er net als in 2022 veel aandacht besteed aan de ontwikkeling van medewerkers, teams en (vak)groepen. Voor teams en vakgroepen gaat dit zowel over professionalisering en vakbekwaamheid zoals assetmanagement, een vervolg op de professionalisering van beleidsmedewerkers, de omgevingswet en duidelijke taal als over effectieve samenwerking. Ook van het interne aanbod van de Academie is goed gebruik gemaakt. Daar hadden we 582 unieke deelnemers die gezamenlijk ruim 1800 onderdelen hebben afgerond (inclusief de onderdelen van het introductieprogramma). Daarnaast blijft ook jaarlijks het verplichte deel van de opleidingen en het bijblijven qua actualiteit. Dit is gericht op de permanente her- en bijscholingen die nodig zijn voor de boa’s, verschillende medewerkers in de financiële teams en het BAD, de WOZ-opleidingen bij DOWR Belastingen en de SKJ-registraties bij het team Toegang. En tenslotte is er ook geïnvesteerd in de vakbekwaamheid van individuele medewerkers. Voornamelijk specifiek op de functie en ook gericht op doorontwikkeling.
Informatieveiligheid en privacy
Privacy en informatieveiligheid worden in samenhang opgepakt, zodat de sturing op de raakvlakken tussen deze domeinen ook gezamenlijk kan plaatsvinden. Door de dagelijkse cyberaanvallen moeten we continue op onze hoede zijn. Ook op het gebied van privacy neemt het werk toe, vanwege de toenemende mate waarin we gebruik maken van persoonsgegevens. Het is daarom goed dat de formatie van de privacyfunctionarissen in 2022 is gegroeid.
Diversiteit en inclusie
Het in kaart brengen en monitoren van ons personeelsbestand maakt onderdeel uit van onze initiatieven op het gebied van diversiteit en inclusie. Op peildatum 1 februari 2024 zag ons personeelsbestand (totaal aantal medewerkers 1004) er op twee belangrijke diversiteitskenmerken als volgt uit:
Onderwerp | Aantallen (voorjaar 2023) | Aantallen (najaar 2023) | Aantallen (voorjaar2024) |
---|---|---|---|
Aantal medewerkers | 939 | 989 | 1004 |
Sekse: | |||
- Mannen | 372 (40%) | 397 (40%) | 400 (40%) |
- Vrouwen | 567 (60%) | 592 (60%) | 604 (60%) |
Gemiddelde leeftijd | 48 jaar | 47 jaar | 47 jaar |
Jongeren (tot 30 jaar) | 8% | 10% | 8% |
Middelbare leeftijd (30 - 55 jaar) | 63% | 64% | 62% |
Ouderen (55+) | 29% | 26% | 30% |
In het tweede kwartaal van 2023 hebben we in het medewerkersonderzoek vragen opgenomen ten aanzien van het thema diversiteit en inclusie. Onze medewerkers scoren dit thema bovengemiddeld goed. Het thema diversiteit en inclusie kent geen ’quick fix’. Het is blijvend investeren op bewustwording in onze organisatie en daarnaast op drempelvrij communiceren.
Overhead en VpB
(bedragen x €1.000) | |||
---|---|---|---|
Omschrijving | Primitieve begroting | Begroting na wijziging | Rekening |
Overhead | 30.799 | 33.815 | 32.032 |
Volgens de BBV-regels is de definitie van overhead: alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Door deze definitie te gebruiken kan een eenduidig inzicht worden gegeven in de kosten die direct zijn toe te rekenen aan bepaalde taakvelden. Vanaf 2017 wordt aangegeven welk bedrag dit in de gemeente betreft. De vermelde bedragen komen overeen met het saldo van lasten en baten (incl. reservemutaties) op het programma Bedrijfsvoering.
(bedragen x €1) | |||
Opbouw overhead | Lasten | Baten | Saldo |
---|---|---|---|
Personeel en organisatie | 3.914.668 | 162.291 | -3.752.377 |
ICT | 16.436.810 | 7.951.992 | -8.484.818 |
Financien | 5.263.129 | 818.981 | -4.444.148 |
Facilitaire zaken | 10.101.334 | 1.933.150 | -8.168.184 |
Management en ondersteuning | 5.329.038 | 494 | -5.328.544 |
Communicatie | 1.036.969 | 22.424 | -1.014.545 |
Juridische zaken en inkoop | 2.250.587 | 316.322 | -1.934.265 |
Bestuursondersteuning | 1.083.258 | 0 | -1.083.258 |
Bedrijfsvoering algemeen | 1.197.236 | 69.730 | -1.127.506 |
Toereking aan projecten | -3.305.456 | 0 | 3.305.456 |
Resultaat | 43.307.573 | 11.275.384 | -32.032.189 |
(bedragen x €1.000) | |||
---|---|---|---|
Omschrijving | Primitieve begroting | Begroting na wijziging | Rekening |
Vennootschapsbelasting | 0 | 3.820 | 3.820 |
Vanaf 1 januari 2016 geldt de Wet modernisering vennootschapsbelastingplicht overheidsondernemingen. Voor alle activiteiten van de gemeente Deventer is onderzocht of er sprake is van het drijven van een onderneming.
Momenteel wordt onderzocht of de gemeente Deventer met het grondbedrijf door de ondernemingspoort gaat.
Voorzichtigheidshalve is ervoor gekozen om de activiteit grondbedrijf in de aangifte Vpb 2021 te verwerken en een voorlopige aanslag Vpb 2022 aan te vragen om belastingrente te voorkomen. Voor het jaar 2023 is door de Belastingdienst een voorlopige aanslag Vpb opgelegd. Deze voorlopige aanslagen zijn in het jaar 2023 betaald. Na afronding van de analyse Vpb-plicht grondbedrijf wordt de Vpb-positie met de Belastingdienst afgestemd.
De Belastingdienst heeft al enige jaren het standpunt ingenomen dat gemeenten met de activiteit ‘reclame in de openbare ruimte’ een overheidsonderneming drijven. De gemeente Deventer voert eveneens reclame-activiteiten uit en daarom is het resultaat van deze activiteit in de aanslagen 2016 tot en met heden meegenomen ter voorkoming van belastingrente. In 2023 zijn de aanslagen 2020 tot en met 2023 betaald. De gemeente Deventer is echter van mening dat met de reclame activiteiten geen overheidsonderneming wordt gedreven en dat er enkel sprake is van ‘normaal vermogensbeheer’. Tegen de definitieve aanslagen is daarom bezwaar aangetekend. Op dit moment lopen er diverse fiscaal juridische procedures bij andere gemeenten. De gemeente Deventer wacht de uitkomst van deze procedures af.
In 2022 is door de rechtbank Den Haag uitspraak gedaan over de door een gemeente uitgevoerde activiteit ‘verhuur gronden brandstofverkooppunten’. De rechtbank oordeelde dat met deze activiteit een onderneming wordt gedreven. Dit betekent dat over de ‘winst’ vennootschapsbelasting moet worden afgedragen. Het Hof heeft de uitspraak van Rechtbank Den Haag op 24 november 2023 bevestigt. De gemeente Deventer verhuurt eveneens grond voor brandstofverkooppunten. Ook voor deze activiteit is gemeente Deventer van mening dat er geen overheidsonderneming wordt gedreven en dat er enkel sprake is van ‘normaal vermogensbeheer’. Om mogelijk nadelige financiële consequenties te beperken is het resultaat van deze activiteit in de aanslagen 2016 tot en met heden meegenomen ter voorkoming van belastingrente. In 2023 zijn de aanslagen 2016 tot en met 2023 betaald. Tegen de definitieve aanslagen is vervolgens op gelijke wijze als bij reclame bezwaar aangetekend in afwachting van de uitkomst van de fiscaal-juridische procedures.
Ziekteverzuim
De gemeente blijft sturen op het beperken van het ziekteverzuim. Zo volgden onze leidinggevenden eind 2023 een tweedaagse training over het signaleren, omgaan en terugdringen van verzuim. Ons gemiddelde verzuimpercentage daalde in 2023 naar 4,92%. Dit ligt iets hoger dan het gemiddelde verzuimpercentage in Nederland dat naar 4,6% daalde. Het verzuim laat de laatste jaren door corona een grillig verloop zien. Zo is het verzuim op dit moment nog steeds hoger dan voor de coronapandemie. Met name een afname van griep en COVID verklaart de daling ten opzichte van vorig jaar.
Jaar | Ziekteverzuim in % | Meldingsfrequentie |
---|---|---|
2020 | 4,32% | 0,63 |
2021 | 4,85% | 0,72 |
2022 | 5,68% | 1,17 |
2023 | 4,92% | 1,08 |
Inhuur
(bedragen x €1.000) | |||||
---|---|---|---|---|---|
Prognose | Realisatie | ||||
Soort inhuur | 2020 | 2021 | 2022 | Q3 2023 | 2023 |
Inhuur vaste formatie | 2.518 | 3.300 | 3.500 | 4.400 | 4.600 |
Inhuur extra capaciteit | |||||
Inhuur specifieke deskundigheid | |||||
Vervanging ziekte/zwangerschap | 700 | 848 | 900 | 1.100 | 1.200 |
Piekbelasting | 543 | 350 | 500 | 600 | 600 |
Bewuste keuze flexibiliteit | 869 | 800 | 800 | 900 | 1.000 |
Speciale projecten | 3.976 | 4200 | 6.137 | 7.250 | 7.875 |
Totaal | 8.606 | 9.498 | 11.837 | 14.250 | 15.275 |
De inhuurkosten zijn in 2023 uitgekomen op €15.275.000. Dit is een forse stijging (€3,4 miljoen) ten opzichte van vorig jaar. Het inhuurpercentage ten opzichte van de loonsom in 2022 was 15,6% en voor 2023 is dit 17,3%. Volgens de Personeelsmonitor Gemeenten van het A+O Fonds lag dit percentage in 2022 bij gemeenten gemiddeld op 17%. De inhuur is vooral toegenomen voor tijdelijke uitvoeringsregelingen zoals de toeslag kinderopvang en de energietoeslag, opvang van Oekraïners en een groei in fysieke projecten en ICT. Naast de stijging in het volume van inhuur zijn ook de tarieven waartegen inhuur wordt aangeboden flink toegenomen.
De inhuurkosten nemen sinds 2020 al toe, De opgaven zijn groot, de werkloosheid is laag en er is krapte op de arbeidsmarkt. In veertien gevallen hebben we inhuur kunnen omzetten naar dienstverbanden, maar door moeilijk vervulbare functies zijn we soms nog steeds gedwongen om in te (blijven) huren. Ondanks een gestegen formatie blijft er een grote vraag naar aanvullende flexibele capaciteit. Op de vaste formatie wordt ingehuurd voor moeilijk vervulbare vacatures, voor een flexibele schil bij wisselend projectaanbod en voor vervanging bij ziekte en zwangerschap. Inhuur op projecten betreft vooral fysieke projecten, ICT-projecten, toeslag kinderopvang en energietoeslag.
Formatie(ontwikkeling) en bezetting
De stijging van de formatie is in 2023 doorgezet en toegenomen met 88 fte. De personele bezetting is toegenomen met 60 fte.
De toename betreft onder meer functies voor wonen en voorzieningen en gebiedsontwikkeling, energietransitie, vastgoedbeheer, wijkenbeheer en geografische informatievoorziening, toekomstbestendige wijken, bouwtoezicht, burgerzaken voor de toename aanvragen reisdocumenten en adresonderzoek, minimabeleid, minderhedenbeleid, coördinatie arbeidsmigranten, jeugd en onderwijs. In 2023 was er tijdelijk extra formatie voor kinderopvang toeslag, energieregelingen, inburgering en uitkeringen. De groei van formatie voor bedrijfsvoering betreft deels de ondersteuning voor de toegenomen capaciteit voor beleid- en uitvoering, deels nieuwe regelgeving (Woo) en technische ontwikkelingen. De formatie is onder meer uitgebreid met personeel en organisatie-advies en recruitment, financiële administratie communicatie-advies en projecten, juridische functies Wet open overheid, data-analisten en privacy-officers, informatieveiligheid, beheer audiovisuele middelen en functioneel beheer applicaties.
Loonsom
In de begroting 2023 is rekening gehouden met loonstijging van 5,25% CAO stijging. Ook is in de loonsom rekening gehouden met een stijging van de thuiswerkvergoeding van €2 naar €3 per dag. De loonkosten zijn begroot op €75,9 miljoen. De realisatie komt €3,3 miljoen lager uit op ongeveer €72,5 miljoen. In de loonsom worden loonaspecten als overwerk, verlofdotatie, ontslagvergoeding, transitievergoeding en onregelmatigheidstoeslag/piket meegenomen. Met een gemiddelde vacatureruimte van circa 40 fte is de lagere realisatie van €3,3 miljoen te verklaren. De vrijval van loonsombudget door vacatures is in de meeste gevallen ingezet voor vervangende inhuur.
Formatie en bezetting
Jaar | Formatie op 31-12 | Bezetting op 31-12 | Vacatureruimte |
---|---|---|---|
2019 | 711,47 | 689,74 | 21,73 |
2020 | 733,57 | 705,39 | 28,18 |
2021 | 747,74 | 732,52 | 15,20 |
2022 | 828,22 | 806,60 | 21,62 |
2023 | 915,84 | 866,46 | 49,38 |