Per 1 januari 2023 is de Wet versterking decentrale rekenkamers (Wvdr) in werking getreden. Met deze wetswijziging is onder andere de verplichting ingevoerd voor het college van Burgemeester & Wethouders (hierna: college) om een rechtmatigheidsverantwoording op te stellen als onderdeel van de jaarrekening. Het college legt in de jaarrekening zelf verantwoording af over de mate waarin zij in het boekjaar rechtmatig heeft gehandeld. Het college gebruikt hiervoor de voorgeschreven teksten van de Commissie BBV zoals opgenomen in bijlage 1 van de Kadernota rechtmatigheid 2023.
Rechtmatigheidsverantwoording van het college van Burgemeester & Wethouders
De baten en lasten alsmede de balansmutaties moeten getrouw in de jaarrekening worden opgenomen. Uit het getrouw opnemen van de baten en lasten alsmede de balansmutaties, blijken een drietal rechtmatigheidscriteria niet expliciet. Dit betreft het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium. In deze rechtmatigheidsverantwoording licht het college van burgemeester en wethouders toe in hoeverre bij de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium zijn nageleefd. Dit houdt in dat de verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties in overeenstemming zijn met de door de raad vastgestelde kaders zoals de begroting en gemeentelijke verordening en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving.
Bij de waarderingsgrondslagen in de jaarrekening is het door de gemeenteraad op 20 december 2023 vastgestelde normenkader rechtmatigheid verder toegelicht. Deze verantwoording hanteert een grensbedrag omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. De gemeenteraad heeft een verantwoordingsgrens bepaald en deze bedraagt 1 % van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves en is daarmee vastgesteld op €4,9 miljoen. De grondslag voor deze verantwoording is de Kadernota 2023 van de commissie BBV november 2023. De verantwoordingsgrens betekent dat rechtmatigheidsfouten pas in de rechtmatigheidsverantwoording worden opgenomen en toegelicht, wanneer deze boven het door de raad vastgesteld percentage komen. Wanneer het voor het college niet duidelijk is of financieel rechtmatig is gehandeld, worden deze onduidelijkheden in de rechtmatigheidsverantwoording opgenomen en toegelicht indien deze boven het door de raad vastgesteld percentage komen.
Bevinding
Het college is van mening dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen binnen de daarvoor gestelde grens. De geconstateerde afwijkingen betreffen:
(bedragen x €1 miljoen) | |
Begrotingscriterium | Bedrag |
---|---|
1a Overschrijding lasten programma's | 2,01 |
1b Overschrijding investeringsbudgetten (kredieten) | 0,70 |
2 Ongeautoriseerde reservemutaties | 0,00 |
3. Overschrijding van baten en/of onderschrijding van lasten en baten die niet tijdig tot een begrotingswijziging hebben geleid of te laat aan de raad zijn gemeld | 0,00 |
Totaal begrotingsonrechtmatigheden | 2,71 |
4. Totaal van de begrotingsonrechtmatigheden (van onderdeel 1 en 2) dat past binnen het vooraf vastgestelde beleid en daarmee vooraf als acceptabel is geduid. | 2,58 |
Resterend saldo begrotingsonrechtmatigheden | 0,13 |
(bedragen x €1 miljoen) | |
Voorwaardencriterium | Bedrag |
Inkopen ten onrechte niet Europees aanbesteed | 1,18 |
Onduidelijkheid inzake verantwoorde jeugdzorglasten | 0,29 |
Totaal voorwaardenonrechtmatigheden | 1,47 |
(bedragen x €1 miljoen) | |
M&O criterium | Bedrag |
geen bevindingen | 0,00 |
In de paragraaf bedrijfsvoering is op basis van de Kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV en op basis van de afspraken met de raad aanvullende informatie opgenomen over de financiële rechtmatigheid. In deze paragraaf heeft het college ook beschreven welke actie hij onderneemt om vermelde afwijkingen in de toekomst te voorkomen.